SYRIE

week 2

Aleppo

Wat een drukke stad en wat een ellende om hier te parkeren, na lang zoeken vinden we in de buurt van het hotel eindelijk een parkeerplaats. In 1822 stierf 60% van de inwoners van Aleppo door een aardbeving, Aleppo is ook één van de eerst continu bewoonde steden ter wereld. Grootste industrie momenteel is de zijdehandel, katoen printen en Aleppo is beroemd om zijn pistache noten.

Het ontbijt in ons hotel is buiten op het dak, het is 6 graden en de douche is koud, na wat gemopper van onze kant wordt gezegd dat je beter om 23.00 in de avond kunt douchen want dan is het warm, we moeten dan maar de wekker zetten om te douchen.
Het is doodstil op deze vroege zondagochtend, er is niemand op straat, af en toe beieren er wat kerkklokken, de christelijke wijk lijkt op een Frans dorp. Er hangt wat mist, het is kil maar fotografisch mooi. Twee kerkdiensten wonen we bij, eerst een Armeense dienst, van de priester krijg ik een flinke tik op mijn knie, ik mag niet met de benen over elkaar zitten, vervolgens heet hij ons van harte welkom, we worden door en door bewierookt. Het kleine kinderkoor zingt dapper. De tweede dienst is Grieks Orthodoxe, deze dienst wordt voornamelijk bezocht door oude mannen die meezingen met de dienst. Het zijn kleine gemeenschappen die hier nog wonen.
De Citadel van Aleppo is voor het grootste deel gebouwd door de Mamlukken van 1250 – 1517.
Aleppo heeft een immense souq, je kunt er gemakkelijk verdwalen. De grote dikke Syrische vrouwen schommelen hier rond in groepen. Heel grappig dat ze zoveel interesse hebben in de lingerie en mooie glitterjurken, in die soepjurken zien ze er niet uit. Hier in Aleppo zijn ze ook meer gesluierd dan elders in Syrië. De vrouwen zijn zwarter dan zwart, maar de moskeeën roepen hier vreemd genoeg veel minder. Er komen hier veel pelgrims uit Iran en Libanon.
Deze avond hebben we een lekkere warme kachel en een warme douche, ons gemopper heeft geholpen, er is een monteur geweest. Overal waar je bent op de wereld zie je de gemakzucht van de mens, het zit gewoon van nature in mensen denken we, zolang er niemand klaagt of niemand de leiding neemt gebeurd er meestal ook niets en komt alles in verval. We hebben dit nu al zo vaak gezien. De hoteleigenaar prijst zichzelf de volgende ochtend dat hij het probleem heeft opgelost en wij prijzen hem maar mee, we moeten hier nog twee nachten zitten, het ontbijt blijft gewoon buiten op het dak met oud brood, daar klagen we maar niet over.

Qala’at Samaan Simeon Citadel

De Simeon Citadel ligt ongeveer 40 kilometer van Aleppo, het ligt mooi in de ruige bergen, het landschap is af en toe begroeid met oude olijfboomgaarden en soms zie je hoge cipressen die als een opgeheven vinger tussen de stenen staan. Het gebied hier wordt vooral door Koerden bevolkt, we zitten dichtbij de Turkse grens, net onder Gaziantep waar we in het voorjaar nog rondzwierven.
Simeon de pilaarheilige, geboren in 392 AD was een zoon van een herder die op jonge leeftijd als heremiet in het klooster ging, maar hij vond dat niet ascetisch genoeg en hij ging in een grot leven. Hierna begonnen de pelgrims hem te bezoeken maar dat beviel hem niet zo en daarom ging hij op een pilaar zitten zodat ze hem niet meer konden aanraken, er kwamen zelfs pelgrims uit Engeland en Frankrijk. Na zijn dood is om de pilaar de basiliek gebouwd. Simeon was een echte heremiet, heremieten leefden solitair op een pilaar of in een grot en trokken veel pelgrims aan, ze brengen in praktijk wat in de Bergrede, de verzameling van toespraken van Jezus, gepredikt wordt. Pilaarheiligen waren mystici die door een leven van versterving dichter bij God wilden komen. In Mattheüs 6: 19-21 wordt hierover geschreven.

Achteraf is het altijd spannend voor je reisverslag als je een probleem hebt gehad, en het is weer opgelost, maar op moment zelf baal je vreselijk. Onze huurauto staat veilig in een parkeergarage, maar als we die om 9.00 uur willen ophalen voor het vervolg van onze reis is de garagehouder zoek en niemand weet waar hij is. We wachten en wachten, een uur is er voorbij en nog steeds komt die man niet opdagen. Plotseling komen er meer auto,s, ondernemers uit de buurt die hier iedere dag parkeren en zij begrijpen het ook niet, maar ze worden behoorlijk ongeduldig en dat is natuurlijk in ons voordeel, want nu hebben we een gedeeld probleem en zij gaan dit zeker oplossen. Er komt een man met een grote hamer en die slaat beide sloten kapot, de garage is in ieder geval open. Gisteren heb ik goed opgelet waar onze sleutel werd neergehangen, je weet maar nooit waar dat goed voor is en hij hangt er nog. We komen bij de auto die ongevraagd helemaal is gepoetst van binnen en van buiten, er liggen diverse cadeaus in, geurdoekjes, tissues en mooie schone matten, we betalen bij een man die nu de zaken hier regelt en we kunnen gelukkig vertrekken. Pfft, een hele zorg minder, want juist vandaag hebben we een lange rit te gaan. Tijdens het wachten spreken we een ondernemer en die vertelt ons over het verkeer in Syrië, als je hier gesnapt wordt voor een overtreding van de snelheid van 30 km boven de toegestane snelheid dan betaal je 1000 $ boete, zit je boven die 30 dan ga je de cel in. Onze ervaring is dat hier redelijk beschaafd wordt gereden, misschien is dit de reden.

Al Jazeera

Al Jazeera betekent woestijn omringd door water volgens de econoom uit Irak die we gisteravond hebben ontmoet in Aleppo. Hij was docent in Irak, woonde in Mosul, maar hij moest vluchten met zijn hele gezin. Hij zei dat er meer gemoord wordt in Irak dan ooit het nieuws zal halen, hij vreest dat dit voorlopig nog niet is afgelopen.

Dayr az Zawr

Het lijkt wel of we een terug zijn in India, alle lichten zijn uitgevallen in deze woestijnstad Dayr az Zawr, we zijn op zoek naar eten, maar vindt dat maar eens in een inktzwarte donkere stad. Bij een Palestijn met een zaklantaarn vinden pizza’s met kaas en tomaten, op de hoek van het hotel vinden in een winkel mangosap en dit zal het diner van de avond zijn.
In deze woestijnstad zijn we vooral neergestreken voor Dura Europos en Mari. Dura Europos is een plek die ligt tussen Dayr az Zawr en de grens met Irak. De Romeinse garnizoenstad ligt strategisch aan de zuidelijke oever van de Eupraat en heeft een prachtig uitzicht over de boerderijen langs deze Euphraat. De verlatenheid van deze ruïne is indrukwekkend. Uit het niets komt op een brommertje een kaartjesverkoper tevoorschijn, in veel woestijnen hebben we dit al meegemaakt, woestijnen lijken verlaten maar zijn dat nooit. Duros Europos is ook belangrijk voor de vondsten die er gedaan zijn, ze werpen een bijzonder licht op de christelijke, joodse en heidense cultuur.

Mari

We rijden verder door het dal van de Euphraat langs de kleine boerendorpen en de groene of pas geploegde velden. Bij ieder huis ligt een grote stapel droge twijgen, het is het brandhout van de familie. Het landschap wordt leger en leger en we naderen de Irakese grens. Opeens zien we de ruïneheuvel van de Mari opdoemen. Tussen de vier- en vijfduizend jaar geleden was dit het centrum van een belangrijk koninkrijk dat een groot deel van Syrië beheerste.

De slager onderweg slacht zijn schapen onder een boom, hij heeft een hakblok, een weegschaal en een bak om het bloed af te voeren. Er is zojuist een schaap geslacht en ik mag fotograferen wat ik wil, nadien word ik door de slager met zijn bebloede hand bedankt voor de foto’s, nog lang ruik ik het verse bloed aan mijn handen. Het leven hier in het oosten van Syrië is zeer sober, het zijn boerendorpen langs de Euphraat. De vrouwen en mannen zijn zwaar gesluierd, hier wil je als vrouw beslist niet leven, je wordt ingepakt, uitgehuwelijkt en je bent onderdanig aan de man.

Qasr al-Heir Ash-Sharqi

De terugweg naar Damascus gaat natuurlijk over Palmyra, maar voordat we hier aankomen buigen we af diep de woestijn in, daar ligt Qasr al-Heir Ash-Sharqi, een Omajjadisch woestijnkasteel uit het begin van de achtste eeuw. Het kasteel is prachtig, we zijn zeer verrast, zo diep in de woestijn en er is nog zoveel intact, we hoopten hierop, maar het staat er ook. De woestijn is nooit verlaten en ook hier zit de woestijn vol nomaden, er huilt een ijzige wind over de vlakte, maar overal zien we grote kuddes schapen met herders die over deze ijzige vlakte scharrelen. Als we stoppen om zo,n nomadendorp te fotograferen worden we meteen uitgenodigd door Madrout en Hamoena om thee te komen drinken in hun woestijnhuis en natuurlijk slaan we dit niet af. Het is warm achter de dikke muren van dit kleine lemen huis, ze hebben een tv en een spiraalkachel, heel indrukwekkend, maar wij zouden hier niet kunnen leven, het is een hard en zeer sober bestaan zonder enige vorm van luxe, zelfs mobiele telefoon, de instantbevrediging van ons westen is hier niet aanwezig, terwijl het hier juist geen overbodige luxe zou zijn. Ieder dorp heeft een vrachtauto en een waterwagen, dat is al een vooruitgang bij vroeger toen alles nog met de kameel moest.
Na het bezoek aan het woestijnkasteel stuiten we op een nomadenmarkt, er worden schapen en kippen verhandeld, verder is er nog van alles te koop voor de huishouding, olijfolie, plastic bakken, kleding, touw, etc. etc. Als we nog zo,n honderd kilometer verder reizen zijn we in Palmyra, we zijn moe van deze lange indrukwekkende dag en we hebben geen zin meer om deze historische site nog te bezoeken, dit bewaren we tot morgen.

Palmyra

De stad in de palmenoase is een droombeeld van oudheid. Er valt zoveel over te vertellen maar daar willen we onze site bezoekers niet mee opzadelen. De tocht van Palmyra naar Damascus gaat door de woestijn en we hebben vandaag het geluk dat er dreigende luchten zijn en die geven het woestijnlandschap steeds een ander gezicht. In de drukke stad Damascus rijden we rechtstreeks naar ons hotel, laden onze spullen uit en brengen de ongeschonden huurauto na 2110 kilometer weg. Twee weken Syrië is ons prima bevallen, de gastvrijheid is hier ongekend en de hulp die we gehad hebben bij het vinden van de juiste weg was grenzeloos. Syrië is een veilig en open land om te reizen.

In Damascus ontmoeten we een Koreaan, een enthousiaste man, hij is docent in de omgeving van Sokscho, de omgeving waar wij in 2009 gefietst hebben. Als we dit vertellen is hij helemaal dol, in het hotel kijkt hij mee op onze website, hij wil dit thuis verder bekijken en aan zijn vrienden laten zien en hij zal ons daar later over berichten.
De zoektocht naar CD’s strandt, de winkels die we zoeken bestaan niet meer, maar plotseling in de souq zien we een kleine shop en daar kunnen we zaken doen. De verkoper is een Koerdische jongen, hij heeft veel verstand van muziek en hij volgt de Koerdische strijd op de voet, we blijven er uren praten en kopen er vier CD’s. We kopen ook een CD van Nassam Alaina El Hawa Fayrouz, deze vrouw is wereldberoemd en zal later op 25 juni 2011 optreden in Amsterdam, het is een historisch concert waar het Midden Oosten rijk vertegenwoordigd is. De muziek valt onder Arabische Jazz. Van heinde en ver komen de chique gasten naar Amsterdam. Het mooie van reizen is niet alleen nieuwe dingen zien, maar vooral het ontmoeten van allerlei mensen uit andere culturen.

Zoals we al jaren ervaren en iedereen op de foto’s kan zien, een woestijn is niet saai, een woestijn is niet leeg, maar een woestijn is waanzinnig mooi! Al die kleuren, al die stenen, al die soorten zand, al die eindeloze horizonnen, de wind, het mooie licht dat altijd wisselt en al die bijzondere woestijnbewoners die het toch maar presteren om hierin te leven of vooral te overleven.


THANK YOU VERY MUCH SYRIË
SUKRAN KTEER !